Vieren (festeggiare) - Coniugazione dei verbi ed esercizi

Coniugazione di vieren (festeggiare) per tutti i tempi verbali con frasi di esempio ed esercizi.

 Vieren (festeggiare) - Coniugazione dei verbi ed esercizi

Materiali didattici che implementano questo verbo:

Livello: A1

Modulo 1: Jezelf voorstellen (Presentarsi)

Lezione 6: Je leeftijd zeggen (Dire la tua età)

Infinitief Voltooid deelwoord
Vieren (Festeggiare) Gevierd (festeggiato)

Tempi verbali

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Olandese Italiano
(ik) vier io festeggio
(jij) viert tu festeggi
(hij/zij/het) viert lui/lei/esso festeggia
(wij) vieren noi festeggiamo
(jullie) vieren voi festeggiate
(zij) vieren loro festeggiano

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Olandese Italiano
(ik) vierde io festeggiavo
(jij) vierde tu festeggiavi
(hij/zij/het) vierde lui/lei/esso festeggiava
(wij) vierden noi festeggiammo
(jullie) vierden voi festeggiavate
(zij) vierden loro festeggiarono

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Olandese Italiano
(ik) heb gevierd io ho festeggiato
(jij) hebt/heb gevierd tu hai festeggiato
(hij/zij/het) heeft gevierd lui/lei/esso ha festeggiato
(wij) hebben gevierd noi abbiamo festeggiato
(jullie) hebben gevierd voi avete festeggiato
(zij) hebben gevierd loro hanno festeggiato

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Olandese Italiano
(ik) heb gevierd io ho festeggiato
(jij) hebt/gevierd tu hai festeggiato
(hij/zij/het) heeft/gevierd lui/lei/esso ha festeggiato
(wij) hebben/gevierd noi abbiamo festeggiato
(jullie) hebben/gevierd voi avete festeggiato
(zij) hebben/gevierd loro hanno festeggiato

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Olandese Italiano
ik zal gevierd hebben io avrò festeggiato
jij zult gevierd hebben tu avresti festeggiato
hij/zij/het zal gevierd hebben lui/lei avrà festeggiato
wij zullen gevierd hebben noi avremo festeggiato
jullie zullen gevierd hebben voi avrete festeggiato
zij zullen gevierd hebben Essi/esse avranno festeggiato

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Olandese Italiano
(ik) zal gevierd hebben io avrò festeggiato
(jij) zult/zal gevierd hebben tu avrai festeggiato
(hij/zij/het) zal gevierd hebben lui/lei/esso avrà festeggiato
(wij) zullen gevierd hebben noi avremo festeggiato
(jullie) zullen gevierd hebben voi avrete festeggiato
(zij) zullen gevierd hebben loro avranno festeggiato
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Olandese Italiano
(ik) zou vieren io festeggerei
(jij) zou vieren tu festeggeresti
(hij/zij/het) zou vieren lui/lei/esso festeggerebbe
(wij) zouden vieren noi festeggeremmo
(jullie) zouden vieren voi festeggereste
(zij) zouden vieren loro festeggerebbero

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Olandese Italiano
(ik) zou gevierd hebben io avrei festeggiato
(jij) zou gevierd hebben tu avresti festeggiato
(hij/zij/het) zou gevierd hebben lui/lei/esso avrebbe festeggiato
(wij) zouden gevierd hebben noi avremmo festeggiato
(jullie) zouden gevierd hebben voi avreste festeggiato
(zij) zouden gevierd hebben loro avrebbero festeggiato
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Olandese Italiano
Vier! festeggia