Opstaan (alzarsi) - Coniugazione dei verbi ed esercizi

Coniugazione di opstaan (alzarsi) per tutti i tempi verbali con frasi di esempio ed esercizi.

 Opstaan (alzarsi) - Coniugazione dei verbi ed esercizi

Materiali didattici che implementano questo verbo:

Livello: A1

Modulo 3: Dag tot dag (Ogni giorno)

Lezione 16: Dagelijkse routines (Abitudini giornaliere)

Infinitief Voltooid deelwoord
Opstaan (Alzarsi) Opgestaan (Alzato)

Tempi verbali

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Olandese Italiano
(ik) sta op io mi alzo
(jij) staat op tu ti alzi
(hij/zij/het) staat op lui/lei/esso si alza
(wij) staan op noi ci alziamo
(jullie) staan op voi vi alzate
(zij) staan op essi si alzano

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Olandese Italiano
(ik) stond op io mi alzai
(jij) stond op tu ti alzasti
(hij/zij/het) stond op lui/lei/esso si alzò
(wij) stonden op noi siamo alzati
(jullie) stonden op voi vi siete alzati
(zij) stonden op loro si sono alzati

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Olandese Italiano
(ik) ben opgestaan io mi sono alzato
(jij) bent opgestaan tu sei alzato
(hij/zij/het) is opgestaan lui/lei/esso si è alzato
(wij) zijn opgestaan noi siamo alzati
(jullie) zijn opgestaan voi siete alzati
(zij) zijn opgestaan loro sono alzati

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Olandese Italiano
(ik) ben opgestaan Io mi sono alzato
(jij) bent opgestaan tu ti sei alzato
(hij/zij/het) is opgestaan lui/lei/esso si è alzato
(wij) zijn opgestaan noi siamo alzati
(jullie) zijn opgestaan voi vi siete alzati
(zij) zijn opgestaan essi si sono alzati

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Olandese Italiano
ik zal opgestaan zijn Io sarò alzato.
jij zult/zult opgestaan zijn tu sarai alzato
hij/zij/het zal opgestaan zijn lui/lei sarà alzato
wij zullen opgestaan zijn noi ci saremo alzati
jullie zullen opgestaan zijn voi vi sarete alzati
zij zullen opgestaan zijn Loro si saranno alzati

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Olandese Italiano
(ik) zal zijn opgestaan io sarò alzato
(jij) zult zijn opgestaan tu sarai alzato
(hij/zij/het) zal zijn opgestaan lui/lei/esso sarà alzato
(wij) zullen zijn opgestaan noi saremo alzati
(jullie) zullen zijn opgestaan voi sarete alzati
(zij) zullen zijn opgestaan loro saranno alzati
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Olandese Italiano
(ik) zou opstaan io alzerei
(jij) zou opstaan tu ti alzeresti
(hij/zij/het) zou opstaan lui/lei/esso si alzerebbe
(wij) zouden opstaan noi ci alzeremmo
(jullie) zouden opstaan voi alzarste
(zij) zouden opstaan loro si alzerebbero

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Olandese Italiano
(ik) zou opgestaan zijn io mi sarei alzato
(jij) zou opgestaan zijn tu saresti alzato
(hij/zij/het) zou opgestaan zijn lui/lei/esso si sarebbe alzato
(wij) zouden opgestaan zijn noi ci saremmo alzati
(jullie) zouden opgestaan zijn voi sareste alzati
(zij) zouden opgestaan zijn loro si sarebbero alzati
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Olandese Italiano
Sta op! alzati