10K+ studenti - 4.8/5
Impara con un insegnante Materiali didattici inclusi Esercitati nella conversazione

Opmerken (notare) - Coniugazione dei verbi ed esercizi

Coniugazione di opmerken (notare) per tutti i tempi verbali con frasi di esempio ed esercizi.

Opmerken (notare) - Coniugazione dei verbi ed esercizi

Materiali didattici che implementano questo verbo:

Livello: A2

Modulo 6: Op het werk (Al lavoro)

Lezione 40: Kantoor en vergaderingen (Ufficio e riunioni)

Infinitief Voltooid deelwoord
Opmerken (notare) Opgemerkt (osservato)

Tempi verbali

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Olandese Italiano
ik opmerk io noto
jij opmerkt/merk jij op tu noti/noti
hij/zij/het merkt op lui/lei/esso nota
wij merken op noi notiamo
jullie merken op voi notate
zij merken op essi notano

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Olandese Italiano
(ik) merkte op io notai
(jij) merkte op / merkte op? tu notasti / notasti
(hij/zij/het) merkte op lui/lei/esso notò
(wij) merkten op noi notammo
(jullie) merkten op voi notaste
(zij) merkten op loro notarono

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Olandese Italiano
(ik) heb opgemerkt io ho notato
(jij) hebt opgemerkt/hebt opgemerkt tu hai notato
(hij/zij/het) heeft opgemerkt lui/lei/esso ha notato
(wij) hebben opgemerkt noi abbiamo notato
(jullie) hebben opgemerkt voi avete notato
(zij) hebben opgemerkt loro hanno notato

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Olandese Italiano
(ik) heb opgemerkt io ho notato
(jij) hebt opgemerkt / hebt opgemerkt tu hai notato
(hij/zij/het) heeft opgemerkt lui/lei/esso ha notato
(wij) hebben opgemerkt noi abbiamo notato
(jullie) hebben opgemerkt voi avete notato
(zij) hebben opgemerkt loro hanno notato

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Olandese Italiano
(ik) zal opmerken io noterò
(jij) zal opmerken / zul opmerken tu noterai
(hij/zij/het) zal opmerken lui/lei/esso noterà
(wij) zullen opmerken noi noteremo
(jullie) zullen opmerken voi noterete
(zij) zullen opmerken essi noteranno

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Olandese Italiano
(ik) zal hebben opgemerkt io avrò notato
(jij) zult hebben opgemerkt / zul hebben opgemerkt tu avrai notato
(hij/zij/het) zal hebben opgemerkt lui/lei/esso avrà notato
(wij) zullen hebben opgemerkt noi avremo notato
(jullie) zullen hebben opgemerkt voi avrete notato
(zij) zullen hebben opgemerkt loro avranno notato
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Olandese Italiano
ik zou opmerken io noterei
jij zou opmerken / zou jij opmerken tu noteresti
(hij/zij/het) hij zou opmerken / zij zou opmerken / het zou opmerken lui noterebbe / lei noterebbe / esso noterebbe
wij zouden opmerken noi noteremmo
jullie zouden opmerken voi notereste
zij zouden opmerken loro noterebbero

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Olandese Italiano
(ik) zou opgemerkt hebben io avrei notato
(jij) zou opgemerkt hebben tu avresti notato
(hij/zij/het) zou opgemerkt hebben lui/lei/esso avrebbe notato
(wij) zouden opgemerkt hebben noi avremmo notato
(jullie) zouden opgemerkt hebben voi avreste notato
(zij) zouden opgemerkt hebben essi avrebbero notato
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Olandese Italiano
Opmerk! tu notare