In deze les leer je Nederlandse werkwoordconstructies met 'laten', 'te', 'om te' en 'aan het'. Bijvoorbeeld: 'laten boeken' (iemand anders iets laten doen), 'besluiten te gaan' (na bepaalde werkwoorden), 'om te ontspannen' (doel), en 'aan het maken' (actie bezig).
- Dopo laten il verbo all'infinito senza te.
- Dopo om usi sempre te + infinitief.
| Constructie (Costruzione) | Uitleg (Spiegazione) | Voorbeeld (Esempio) |
|---|---|---|
| laten + werkwoord | Actie door iemand anders (Azione da parte di qualcun altro) Voorstel (Proposta) | Ik laat de reis boeken door het reisbureau. (Faccio prenotare il viaggio dall'agenzia di viaggi.) Laten we op vakantie gaan. (Andiamo in vacanza.) |
| te + werkwoord | Na bepaalde werkwoorden (Dopo certi verbi) | Hij besluit naar Spanje te gaan. (Decide di andare in Spagna.) Ik begin me klaar te maken. (Comincio a prepararmi.) |
| om te + infinitief | Doel of reden van een actie (Scopo o motivo di un'azione) | Ik ga op vakantie om te ontspannen. (Vado in vacanza per rilassarmi.) |
| aan het + infinitief | Actie is bezig (Azione in corso) | Riet is haar koffer aan het maken. (Riet sta preparando la sua valigia.) |
Esercizio 1: Werkwoorden met '(om) te', 'laten' en 'aan het'
Istruzione: Inserisci la parola corretta.
laat, te, om te, aan het, laten
1.
Hij besluit reizen met een lichte rugzak.
(Decide di viaggiare con uno zainetto leggero.)
2.
We gebruiken de tijd ontspannen tijdens de reis.
(Usiamo il tempo per rilassarci durante il viaggio.)
3.
Mijn ouders hun bagage dragen door een medewerker.
(I miei genitori fanno portare il loro bagaglio da un dipendente.)
4.
Ik ben een brief schrijven over mijn vakantie.
(Sto scrivendo una lettera sulle mie vacanze.)
5.
Piet zijn vlucht boeken door het reisbureau.
(Piet fa prenotare il suo volo dall'agenzia di viaggi.)
6.
Ze zit op het strand lezen met haar zonnebril op.
(Lei è seduta sulla spiaggia a leggere con gli occhiali da sole.)
7.
Ze is een nieuwe bikini zoeken in de winkel.
(Sta cercando un nuovo bikini nel negozio.)
Esercizio 2: Scelta multipla
Istruzione: Scegli la frase corretta riguardante i verbi con 'te', 'laten', 'om te' e 'aan het'.
1.
Na 'laten' staat het hele werkwoord zonder 'te'. 'te schrijven' is fout.
Na 'laten' komt geen 'om te'. Deze constructie is onjuist.
2.
Er ontbreekt 'te' na 'om'. Dit is grammaticaal onjuist.
Het werkwoord 'ontspannen' is verkeerd vervoegd met een onjuiste toevoeging '-en'.
3.
'Aan' moet gecombineerd worden met 'het' gevolgd door het hele werkwoord; 'aan maken' is onjuist.
Bij 'aan het' wordt geen 'te' gebruikt; 'aan te maken' is in deze context niet correct.
4.
Het werkwoord is verkeerd vervoegd met een onnodige '-en'.
Na 'beginnen' moet 'te' gebruikt worden; 'klaar maken' zonder 'te' is fout.
